Nieuws
Kort overdwars 2, een cursiefje door Els Windau
Jan Pieter Karel Otto Anton
Deze zomer, op de dag dat hond Bincky twaalf jaar zou zijn geworden, hebben we hem op een mooi plekje, net buiten Zeijen, uitgestrooid. Op de plaats zelf en in de berm van de route ernaar toe hebben we een hele zak zelfgekweekte donkerpaarse akelei gezaaid. Ik had weleens mensen uitgestrooid, mijn vader en mijn moeder in het bos van mijn zus. Nog nooit had ik de as van een huisdier ergens achtergelaten. Van alle honden en katten die ik ooit hield, heb ik van een paar afscheid genomen door scheiding der boedel of verhuizing. Sommige heb ik na hun sterven bij de dierenarts gelaten. De waterschildpadjes verdwenen dood en stinkend in de vuilnisbak. Eenmaal had ik twee goudvissen en die heb ik door de plee gespoeld toen ze in het aquarium boven kwamen drijven in een benauwde warme zomer. Het meest opmerkelijke huisdieren graf was die van de cavia van een goeie vriend. Op het grafje in de tuin stond een door de kinderen zelfgemaakt houten kruisje met daarop: Jan Pieter Karel Otto Anton, zij was een goede moeder.